Hij ontvangt al twee jaar zorg van ons. Drie keer per week komen we bij hem over de vloer om hem te helpen met douchen. Hij heeft COPD. Mogelijk heeft hij ook longkanker, maar hier is verder geen onderzoek naar gedaan.
Zuurstof thuis
Afgelopen jaar is hij al meerdere keren met acute ademnood in het ziekenhuis opgenomen. Na de laatste ziekenhuisopname is door de longarts zuurstof thuis geregeld. In eerste instantie een lage dosering, om het ademen wat makkelijker te maken. Hij reageert er goed op. Door de zuurstof voelt hij zich al gauw een stuk beter.
Aflopende zaak
Echter weet hij ook dat het een aflopende zaak is. Via het Longfonds bestel ik een map met informatie over de palliatieve fase bij COPD voor hem. Zijn vrouw leest met veel interesse de map door. Ze stelt vragen over de mogelijkheden om de thuiszorg uit te breiden en welke hulpmiddelen er thuis mogelijk zijn.
Thuis blijven
In het gesprek dat ik met het echtpaar heb, geef ik hen uitgebreid uitleg over de mogelijkheden voor het comfortabel thuis blijven wonen. Daarnaast vraag ik wat hij nog zou willen in zijn leven. Hij vertelt dat hij koste wat kost thuis wil blijven wonen. Betty wil dit ook het liefste.
Veel praten
Ze vertellen dat ze het vaak hebben over de aankomende dood. De kans dat hij eerder gaat overlijden dan zij is zeer groot. Zij is kerngezond en jonger dan haar partner. Hier zijn ze zich goed van bewust. Sterker nog: ze hopen er allebei op dat hij eerder zal overlijden.
Sterke wil
Ze zijn er goed op voorbereid. Zij wil haar man tot zijn dood zoveel mogelijk zelf verzorgen. Het valt op dat ze allebei een sterke wil hebben. Ze weten goed wat ze willen, hoe ze het willen en waar ze ondersteuning bij nodig hebben. Het raakt me dat ze hier zo open over durven te praten. Veelal heerst er een taboesfeer rondom het overlijden, en deze mensen zijn hier vrijwel optimaal op voorbereid.
Wartaal
Plotseling gaat het hard achteruit. Ze belt me op en vraagt me of ik langs wil komen, omdat hij vreemd reageert. Ze is opvallend rustig. Bij binnenkomst valt het me op dat hij behoorlijke wartaal spreekt. Daarnaast is hij plukkerig en bewegelijk. Hij kan geen goed antwoord geven op de vragen die ik stel. Door dit beeld vermoed ik dat er sprake is van hypoxie, waardoor hersenletsel is ontstaan. De arts heeft hetzelfde vermoeden en schrijft kalmerende middelen voor om de bewegelijkheid te verminderen.
Onrust bestrijden
Samen met de familie maken de huisarts en ik een plan van aanpak. Hij dreigt continu op te staan, terwijl lopen niet meer verantwoord is. Hierdoor wordt besloten dat familie overdag altijd aanwezig zal zijn om hem te begeleiden in zijn onrust. In de nacht starten we met terminale nachtzorg. Daarnaast zet de arts alles op alles om de onrust te bestrijden met medicatie.
Diepe slaap
De medicatie slaat goed aan en diezelfde avond schakelen we over op een continue toediening via een medicatiepomp. Ik plaats een katheter om ook de prikkels van de blaas te minimaliseren en zorg voor bedhekbeschermers, zodat hij zichzelf niet per ongeluk pijn kan doen aan de bedhekken. De interventies hebben direct effect. Hij valt in een diepe slaap en laat geen fysieke onrust meer zien.
Trots
Een dag later overlijdt hij, in het bijzijn van zijn familie, rustig en comfortabel in zijn bed. Ik ben trots. Trots op hoe ze dit samen, met een beetje hulp van ons, hebben kunnen doen. Daarnaast heb ik ontzettend veel bewondering voor de vrouw, die ondanks alles heel rustig en kalm reageerde op de situatie. Ze wist wat er zou gaan komen, en had hier vrede mee.
Geef een reactie