We lopen het bruggetje over naar de voordeur. Als we de deur openen, lopen we tegen een groot doorzichtig plastic zeil aan, met in het midden een overlappend stuk waar we door naar binnen kunnen. Tussen de deur en het stuk zeil, staat een stoel, een waterkoker en een aantal soorten thee. Ook staan er kopjes en liggen er zakjes suiker. Het is een bijzonder gezicht, wat ik niet goed kan plaatsen.
De man in de woonkamer zit aan de tafel. In de hoek van de kamer zie ik een opengeklapte laptop staan. Gezien zijn leeftijd, verbaast me dit behoorlijk. De man is halverwege de negentig! Hij ontvangt zorg van ons om te ondersteunen bij het aankleden, uitkleden en het douchen. Echter is de verwachting dat dit alleen nodig is gedurende zijn revalidatieperiode na een ziekenhuisopname. Waarschijnlijk kan hij het daarna weer (grotendeels) zelfstandig. En dit is wat hij wil: hij heeft ruim negentig jaar geen thuiszorg nodig gehad en wil dit ook zeker tot zijn honderdste zo houden, vertelt hij me. Hij vindt het helemaal niet erg om thuiszorg te krijgen die hem ondersteund, maar wil gewoon nog heel graag zelfstandig zijn. Wat mij betreft een prachtig voorbeeld van hoe iemand op zo’n hoge leeftijd nog zelf perfect kan aangeven wat hij graag wil en hoe hij het wil.
We bespreken wat hij zou willen bereiken: zo snel mogelijk terug naar zelfstandigheid. Ook bespreken wat hij allemaal nog zelf kan en waar hij meer problemen mee ervaart. Hij vertelt me dat hij bij meerdere online bridgeclubs lid is en hier erg veel plezier uit haalt. Als hij vertelt over zijn passie voor bridgen, zie ik een glinstering in zijn ogen – en een grote glimlach op zijn gezicht – ontstaan. Hij vertelt trots over zijn kinderen, kleinkinderen en laat daarna familiefoto’s zien. Dit vind ik altijd leuk aan zulke gesprekken; je bespreekt niet alleen de zorg die geleverd zal worden, maar je komt zo ontzettend veel te weten over de mens achter de client. Dat is een van de dingen die mijn werk zo mooi maakt.
Gedurende het gesprek hebben we het over de inzet van hulpmiddelen die hem kunnen helpen om weer zelfstandig te worden. We hebben beiden hetzelfde belang: de zorg zo snel mogelijk afbouwen, maar enkel zolang dit veilig en zo verantwoord mogelijk kan. Door de inzet van een aantal hulpmiddelen, verwacht ik ook dat dit veilig en verantwoord mogelijk zal gaan zijn. Ik weet ondertussen best wat van de verschillende soorten hulpmiddelen die er zijn, maar zeker niet alles. Daarom vraag ik aan de man of hij het een goed idee vindt als we hier een specialist voor inschakelen: een ergotherapeut. Hij juicht dit idee meteen toe. We werken vaker samen met een ergotherapeut om tot het juiste hulpmiddel te komen en om er zo voor te zorgen dat iemand zelfstandig(er) kan worden. Zo zorgen we er samen voor dat de doelen van de client bereikt worden.
Als we hebben afgestemd hoe we alle doelen gaan bereiken en interventies hebben vastgesteld, sluit ik het gesprek af. Hij bedankt me voor mijn hulp en ik hem voor het vertrouwen.
Samen, met de student verpleegkunde waar ik mee op pad ben, lopen we door het plastic zeil richting de buitendeur. Als ik weer langs de stoel en de waterkoker loop, bedenk ik me plotseling waarom deze materialen juist aan deze kant van het zeil staan en ik lach in mezelf: het is bedoeld voor bezoek dat de hoogbejaarde man graag wil zien, maar geen enkel risico wil lopen om de man te besmetten met het COVID-19-virus. Ik heb het erover met de student, en we komen tot de conclusie dat dit een simpele, maar geniale maatregel is om besmetting te voorkomen.
Geef een reactie