Het laatste verhaal.

Per 1 februari stop ik in mijn functie als wijkverpleegkundige en start ik als adviseur/projectleider professioneel leiderschap in de wijkzorg, binnen dezelfde organisatie. Een transitie naar een rol waarbij ik niet meer met de handen aan het bed zal staan, maar meer op afstand zal adviseren. Het afscheid afgelopen week vond ik raar. Het afscheid van de collega’s in het team, met wie ik afgelopen jaren ontzettend fijn heb samen mogen werken, was digitaal. Het afscheid van de cliënten was per brief. Veel liever had ik dit allemaal face-to-face gedaan, maar ook hier gooide COVID-19 roet in het eten.

Doordat ik zal stoppen met mijn rol als wijkverpleegkundige, stoppen ook mijn verhalen. Met heel erg veel plezier heb ik afgelopen periode mijn verhalen verteld. Het doel hierbij is altijd geweest om een inkijkje te geven aan wat ik als wijkverpleegkundige allemaal meemaakte. Om te laten zien dat de wijkzorg veel meer is dan billen wassen en steunkousen aantrekken. En om te laten zien hoe ontzettend dankbaar en mooi het werken in de zorg is. Hopelijk is dit gelukt. Vandaag schrijf ik mijn laatste verhaal in de wijk, of in ieder geval, voorlopig dan….


Ik bel aan bij het complex waar de man, die ik ga bezoeken, woont. Hij doet de deur open via het intercomsysteem en ik loop de trap op. Als ik de galerij op loop, zie ik dat hij met zijn rollator al in de deuropening staat. Met een brede glimlach, maar met de vermoeidheid in zijn ogen, begroet hij mij. We lopen samen naar de woonkamer, waar hij neerploft in zijn stoel. Ik ga op de bank zitten.

We bespreken hoe het met hem gaat. Hij vertelt dat hij merkt dat hij achteruitgaat. Enkele jaren geleden is er kanker bij hem vastgesteld. In het begin leek het nog goed behandelbaar, maar al snel bleken er meer uitzaaiingen te zijn dan in eerste instantie werd ontdekt. De oncoloog stelde nog een aantal levensverlengende behandelingen voor, waar de man helemaal niks in zag. Hij wilde vooral genieten van het leven dat hij nog had, en vond de lengte van het leven minder van belang. De levensverwachting werd door de oncoloog op enkele jaren geschat, en daar zit hij nu wel aan. Sterker nog: hij had zelf verwacht er al lang niet meer te zijn. Desondanks is hij blij dat hij er nog is. Nu merkt hij dat het langzaam aan minder goed gaat. De vermoeidheid neemt steeds meer toe en hij kan niet meer met zijn rollator het dorp in. Dat is simpelweg te zwaar. De boodschappen laat hij daarom thuisbezorgen en af en toe neemt zijn vrijwilliger dingen mee die hij nodig heeft. Door de hulp van de zorgverleners redt hij zich nog wel.

Hij vertelt nuchter dat de pijn aan het toenemen is, maar dat de huisarts hem goed helpt door de pijnstillers op tijd op te hogen. Ik druk hem op het hart om tijdig aan de bel te trekken als hij meer pijn (of andere symptomen) krijgt. We bespreken niet alleen de fysieke klachten, maar hebben ook een diepgaand gesprek over zijn wensen rondom overlijden en zijn wensen na zijn dood. Ook hier vertelt hij vrij nuchter over. Hij heeft alles goed vastgelegd bij de notaris en zijn familie is op de hoogte van wat hij wil. Het gesprek over de dood heb ik een tijdje terug al eens eerder met hem gevoerd, om te inventariseren hoeveel hij al had geregeld en waar zijn behoeften lagen. Zijn wensen en behoeften zijn nu niet veel veranderd, alleen het moment komt dichterbij.

We hebben het over wat hij voor zijn overlijden nog zou willen. Hij kijkt me vreemd aan. Ik vertel over Stichting Ambulance Wens en wat zij doen. Hij denkt even na en plotseling verschijnt er een glinstering in zijn ogen. Hij wil heel graag nog een keertje naar een specifiek museum. ‘Nou, dan gaan we dat toch aanvragen?’, zeg ik. Uit mijn tas tover ik een folder van de stichting en vertel ik hem hoe hij contact met hen kan opnemen. Hij straalt en vertelt dat hij zijn familie gaat vragen om dit voor hem te regelen.

Dit is de essentie van mijn werk. Niet het wassen of aankleden van mensen, maar bijdragen aan een geluksgevoel. Voorlichting geven is een van de belangrijkste taken van de wijkverpleegkundige, zeker in de palliatieve fase van het leven.

Even later neem ik afscheid, in principe kom ik niet meer terug, omdat ik een andere functie ga uitoefenen. Dit was dan ook het laatste verhaal dat ik van hem heb mogen horen. Ik wens hem het allerbeste voor de toekomst en steek mijn hand op. Vanuit de deuropening en hangend op zijn rollator zwaait hij me na. Met een grote glimlach op mijn gezicht loop ik de trap af. Dit is waarvoor ik het doe.

3 reacties op “Het laatste verhaal.”

  1. Jammer dat je verhalen gaan stoppen Jelle. Ik heb ze altijd met interesse gelezen. Dank je wel! Veel succes in je nieuwe functie! Vr groet yvonne kruize

    1. Dankjewel Yvonne!

  2. Jelle, ik heb je verhalen altijd met aandacht gelezen. Ze waren zo menselijk. Ik wens je veel succes met je nieuwe baan. Vriendelijke groet, Clara Pauw

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: