‘Ik heb nergens last van’

Uit de rapportage haal ik dat de man in kwestie, in de negentig, hoest, koorts heeft en dat de arts antibiotica heeft voorgeschreven in verband met een longontsteking. Bij mij gaan direct alle alarmbellen af; alle symptomen wijzen op een mogelijke besmetting met het COVID-19-virus. Natuurlijk kan ik het niet met zekerheid zeggen, maar de verdenking is er wel. Dat is vreemd: de man in kwestie komt eigenlijk vrijwel nergens meer, zeker niet zelfstandig. Hoe kan hij dan besmet zijn geraakt?

Ik stap binnen, volledig in pak, met een COVID-19-test in mijn handen. Eerder heb ik bij dezelfde man al eens een test afgenomen, die destijds negatief bleek te zijn. Ik meet het zuurstofgehalte in het bloed, die aan de lage kant blijkt te zijn. Daarna neem ik de test af. Ik geef uitgebreid uitleg aan de man, evenals aan zijn familie. Ze schrikken van het afnemen van de test, ze hadden nog helemaal niet gedacht aan het COVID-19-virus.

De test wordt direct naar het laboratorium vervoerd en nog geen acht uur later word ik gebeld door de dienstdoende arts-microbioloog. De uitslag komt als donderslag bij heldere hemel: de man is positief getest op het COVID-19-virus. Direct beland ik in een stroomversnelling. Ik voer dezelfde avond nog verschillende telefoongesprekken met familie, het crisisteam van de organisatie en alle collega’s die de dagen ervoor bij de man zijn geweest. In opdracht van de GGD voer ik meteen een contactonderzoek uit onder de collega’s en inventariseer ik wie er ook allemaal getest moeten worden en in thuisquarantaine moeten. Bij het nalopen van het rooster, blijk ik zelf een van de personen te zijn die ook getest moet worden en in quarantaine moet. Ik schrik; nu komt het virus nog dichterbij dan dat het al was.

Een dag later worden alle betrokken collega’s getest. De uitslagen zijn nog dezelfde dag bekend: allemaal negatief. Dat houdt in dat de besmetting van de client in ieder geval niet door een collega is gekomen, dat voelt als een enorme opluchting. Echter zegt dit niks over het vervolg: alle betrokken collega’s moeten zich wel houden aan de strikte maatregelen die door de GGD worden opgelegd. Dit betekend in principe tien dagen in thuisquarantaine en alleen werken wanneer het echt niet anders kan, en dan alleen met persoonlijke beschermingsmiddelen. Het voelt onwerkelijk. Het virus leek inmiddels zo ver weg, met nog maar een heel gering aantal besmettingen in de regio. Nu komt het toch weer heel dichtbij.

Gelukkig gaat het met de man relatief goed. Hij knapt goed op door de antibiotica. Binnen een week gaat het weer stukken beter met hem. Ondanks dat hij regelmatig een flinke hoestaanval krijgt, zegt hij telkens: ‘ik heb nergens last van’.

Het virus is nog niet voorbij, dat blijkt nu maar weer des te meer….


Foto:  © Natasja de Vries

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: